Dubai
wolkenkrabbers, snelwegen en 4x4 SUV’s
een uitdaging om van de luchthaven naar onze warmshowershosten Regis en Kiran te fietsen
we mogen een paar dagen blijven
fietsen door the marina
wandelen over the walk
op het strand bij the beach
opeens klinkt er gejuich, op een enorm beeldscherm is te zien dat India heeft gescoord met cricket
nachtzwemmen, schijnwerpers en 24 uurs baywatch
bushokjes met airconditioning
gele schoolbussen
het land wat in de benen gehouden wordt door Indiërs, Bengalen en Pakistani (85%)
overal staan beveiligers, schoonmakers en onderhoudsmannen
slenteren door the Dubai mall, het grootste winkelcentrum ter wereld
bovenin the Burj Khalifa, het hoogste gebouw ter wereld
fietsen langs de Burj al Arab, het enige zevensterrenhotel ter wereld
het heeft geregend, de straat staat 3 dagen blank
Regis en Kiran trainen in een dragonboat
ze nemen ons mee naar wadi Shawka
waar we kamperen in de bergen
en wandelen met de honden, twee australian shepards
Abu Dhabi
de hoofdstad
wijdser, groener, meer in aanbouw
minder expats, traditioneler
de Sheikh Zayed moskee
het Louvre, een kubistisch vormgegeven museum met koepeldak
heerlijke dadels met chocolade omhulling en amandel vulling gekocht op de dadelmarkt
mangroves
fietspaden in aanleg
fietsen over the corniche
Liwa
een oase
midden in de zandduinen
wat vinden wij het hier fantastisch mooi
de zandharingen werken perfect
dadelplantages
elke boom en struik krijgt water uit een zwart slangetje
en dat zijn nogal wat bomen en struiken in de VAE
kamelen boerderij
verse kamelenmelk
geiten boerderij
de Rub al Khali in
Liwa festival 2024
de Moreeb Dune opracen, de hoogste zandduin in de VAE
het scorebord is op de duin geprojecteerd
uitgenodigd door Emirati
eten met je rechterhand
je billen schoonmaken met water
we krijgen inkijk in het alledaagse leven en de gebruiken
van Maitha, Ali en Noura
arabische kardemomkoffie met dadels
grote schalen met gekruide rijst en geit, lam, kip of kameel
door de duinen met een V8 4x4
valkenjacht
we blijven wel drie weken
genieten
Het Westen
langs de kust hebben de duinen plaatsgemaakt voor industrie
olieraffinaderijen en elektriciteitscentrales
Ahmed nodigt ons uit in zijn paleisje aan zee
we hebben het rijk alleen
blijven een paar dagen
en vieren oud en nieuw
gelukkig nieuwjaar
Een greep uit ons dagboek
Zondag 26 november Al Sout
Op weg naar de Liwa Oase. Aan de rand van de Rub al Khali, een van de grootste en droogste woestijnen van de wereld. Na het geweld van de steden Dubai en Abu Dhabi. Het is een lange rechte weg van 150 kilometer. Met halverwege een benzinepomp en een winkeltje. Links en rechts van de weg is het alleen maar zand. In het begin glooiend maar de duinen worden steeds hoger naar Liwa toe. De eerste 75 kilometer is er een tweebaans parallelweg die uitsluitend voor vrachtauto’s is. En onze weg heeft een brede vluchtstrook zodat we gewoon naast elkaar kunnen fietsen. Na dertig kilometer verschijnt er aan weerszijden van de weg een strook met palmbomen en struiken. Honderdtwintig kilometer tot de Liwa Oase krijgt elke boom water uit een zwart slangetje. Er vliegen vogels, we zien een vos lopen en er schieten salamanders door het zand. Er is langs de weg geen schaduw te vinden. Soms staat er een groot verkeersbord. Tijd om in de schaduw van het bord wat water te drinken. Om half één zien we een aantal betonnen keerwanden langs de weg staan. Schaduw! We gaan er lunchen. We zitten net aan een broodje als er een grote Lexus op de weg omkeert en naar ons toe komt. Er stapt een enthousiaste Emirati uit. Hij groet ons, stelt zich voor als Ali en loopt terug naar zijn auto waar hij een valk uit tevoorschijn haalt. Hij nodigt ons uit om een duinsafari te maken en om te gaan jagen met zijn valk. Donderdag is hij weer thuis. Wen krijgt de valk op haar arm zodat Ali het adres kan delen met mij. Wij kunnen zolang in zijn huis logeren, de bediende zal de kamer en de douche schoonmaken. We worden helemaal enthousiast van zijn aanbod. Hij schuift de kap weer over de kop van de valk en weg zoeft hij in de Lexus. Een beetje verbouwereerd blijven wij achter.
Dinsdag 28 november Al Yarya
We komen aan het eind van de middag aan bij Ali’s huis. Nadar, de Pakistaanse bediende, verwelkomt ons en brengt ons naar onze kamer. Even later heeft hij Ali aan de telefoon. ‘Nadar heeft om zeven uur het eten klaar en maak het jezelf gemakkelijk’. En deze jongeman van 18 jaar kan koken als de beste. Kip in de hoofdrol met heerlijke kruiden, rijst, en versgemaakte roti, een groot rond platbrood. In een liggende oliedrum worden palmbladeren in brand gestoken. De drum is in no time gloeiend heet. Het deeg van de roti wordt op de buitenkant van de drum gelegd en is in drie minuten klaar. Tot onze grote vreugde heeft Ali twee honden die bij de valkenjacht gebruikt worden. De honden zitten met een riem van anderhalve meter vastgebonden aan een boom. We vinden dat wel zielig. Nadar heeft niet zoveel met de honden en zegt dat het geen probleem is als we de honden uit willen laten. Dus lopen we een rondje met de honden. Een buurvrouw verderop groet ons vrolijk. Moe en voldaan gaan we slapen.
Woensdag 29 november Al Yarya
‘s Avonds gaan we nog een rondje met de honden doen. De buurvrouw van gisteravond is er ook weer en komt naar ons toe. Of we hier wonen? Ze stelt zich voor, Maitha en nodigt ons uit voor koffie. We knopen de honden aan een paal, dat zijn ze immers gewend. We vragen of we wel gepast gekleed zijn, Jo in de korte broek en Wen haar haar onbedekt. ‘Je bent hier niet in Saoedi Arabië!’ Op het terras liggen kussens. Haar moeder en broer zitten er ook. Haar moeder heeft onder haar hoofddoek een burqa, een goudkleurig gezichtsmasker. Ze gebaart ons om te gaan zitten. We moeten eerst een dadel eten en daarna de koffie drinken. De combinatie van de zoete dadel en de kardemomkoffie is heerlijk, bijzonder en verfijnd, een smaakcombinatie die wij niet kennen. Maitha nodigt ons uit voor de lunch morgen en stelt voor om morgenvroeg naar de kamelenboerderij te gaan, twintig minuten rijden van hier, verder de woestijn in. ‘Om half zes, dan is het nog niet zo warm’’. We worden helemaal blij van haar voorstel maar half zes vinden we wel erg vroeg. We hebben net een hele dag lang slaap ingehaald. Half zeven is ook prima. De honden beginnen ongedurig te worden. We gaan terug, opgewonden over het vooruitzicht van morgen. We binden de honden elk weer aan hun boom en proberen Nadar, die geen Engels spreekt, met Google Translate onze plannen uit te leggen. We zeggen dat we morgen geen ontbijt hoeven. En we gaan heerlijk slapen.
Donderdag 30 november Al Yarya
De volgende ochtend is het nog donker en kleurt de hemel langzaam paars door de zon als wij naar Maitha lopen. Maitha en mama zitten al buiten op de kussens te kletsen. We krijgen dadels met kardemomkoffie. Het is een stijlvolle ontvangst. Na de koffie stappen we in de Toyota Landcruiser V8. Mama blijft thuis. Maitha stuurt de auto een weggetje in wat dood lijkt te lopen, maar beneden ons doemt een zandpad op wat steil naar beneden loopt waar ze de auto over naar beneden laat glijden. Het wordt langzaam licht, de lucht is inmiddels oranje en de dadelpalm plantage waar we doorheen rijden is in een laaghangende mist gehuld. Wat is dit een bijzonder moment en wat genieten we! We volgen een poosje een asfaltweg en slaan dan af, een zandpad de woestijn in. Met tachtig kilometer per uur, waarbij de auto de zandsporen van de voorganger volgt en wij heen en weer geslingerd worden. Na een kwartier, op een hoog punt, staan we stil en zien de zon opkomen achter de zandduinen vandaan. Maitha wijst op een zendmast verderop. ‘Sinds kort hebben we bij de boerderij ontvangst, dat maakt het allemaal een stuk gemakkelijker’. We vervolgen de weg en komen aan bij de boerderij. Twee witte huizen steken af in het goudkleurige zand, het huis van mama en van een buurman. De buurman heeft hier ook kamelen, zwarte en witte. Die van mama zijn geel. Die vindt ze mooier. De kamelen staan binnen een omheining. Vrouwtjes, drachtige vrouwtjes en de mannen apart. Als de kamelen de auto zien worden ze onrustig. Want in de auto zit Maitha en Maitha heeft altijd brood bij zich waar de kamelen zo dol op zijn. We stappen uit en lopen naar de omheining. Het brood is in no time op. Sommige kamelen hebben bloed op hun hals door het prikkeldraad omdat ze zo naar het brood reikten. Het zijn imposant grote beesten. Twee keer zo groot als wij met een enorme kop. Er werken hier drie mannen. Naast de omheining staat een bed. Daar slaapt een van de mannen om ‘s nachts de bevallingen in de gaten te houden. Als de bevalling niet lukt, kan hij een veearts inschakelen. Als een kameel bevallen is worden moeder met kalf apart gezet om te voorkomen dat het kalf doodgetrapt wordt. Nadar heeft het Google Translate bericht niet helemaal begrepen want hij appt dat het ontbijt klaar is. We struinen nog wat rond tussen de kamelen en na een poos vertrekken we. Op de terugweg komen we een tankauto tegen op het zandpad. ‘Water voor de kamelen’ zegt Maitha. Op de asfaltweg stoppen we bij een winkeltje. Maitha toetert twee keer en er komt iemand vanuit de winkel naar buiten. ‘Drie thee’ bestelt ze. Zo hoef je niet uit je airco auto in de hitte om iets te kopen. Een hond die verderop ligt, lijkt in de problemen, hij heeft een stuk touw om de hals. Maitha aarzelt niet, grijpt het Zwitsers zakmes uit het dashboardkastje, roept de hond bij zich en snijdt het stuk touw los. Een doortastende vrouw. Om tien uur worden we bij het huis van Ali afgezet. ‘Om één uur is de lunch klaar’ zegt ze. Tijd voor een powernap.
De woning van Maitha is hetzelfde als die van Ali, alleen het huis van Ali is in meerdere kamers opgesplitst. Het huis van Maitha oogt erg ruim. Ze heeft ook meer ramen in de gevel en het is beter onderhouden en schoner. Er is een mannelijke hulp voor de keuken en een vrouwelijke hulp voor de bediening. Maitha heeft naast dit ‘vakantiehuis’ in Liwa een huis in Abu Dhabi en Al Ain. We worden weer met dadels en koffie ontvangen. Daarna worden wij in een naastgelegen kamer geleid, waar het eten geserveerd staat. Geit van eigen boerderij in de hoofdrol. Een gebraden geitenpoot, een geitenstoofpotje, een salade en rijst. In de rijst zitten kruiden en een gedroogde zwarte limoen, wat het eten een heerlijk zuurtje geeft. Weinig zout maar weer verfijnde smaken. Jammergenoeg eten wij eerst en als wij klaar zijn worden we via een hal met wasbakken om je handen te wassen naar een nog grotere ruimte geleid waar thee geserveerd wordt. In elk kopje staat een stokje met suikerkristallen en saffraandraadjes. In de thee zit ook weer een kruid die in combinatie met de saffraansuiker heel subtiel is. Maitha en mama eten ondertussen de restjes van de geit op. Voldaan en een ervaring rijker gaan we terug naar Ali’s huis. ‘Als jullie willen kan je om vier uur nog een keer mee naar de kamelenboerderij’.
Omdat er nog geen spoor van Ali te bekennen is, zijn we om vier uur weer bij Maitha. We worden weer stijlvol ontvangen met dadels en koffie. De klerenkast gaat open en er worden djellabas voor Wen gepakt. De vierde heeft de goede lengte en past qua kleur het best. Er wordt een witte hoofddoek bij uitgezocht. Maitha en mama zijn tevreden. In de nieuwe outfit gaan we weer in de Landcruiser. Die ligt vol met spul om voor de pasgeboren kalfjes een warme plek te maken omdat het ‘s nachts te koud voor ze is. Mama gaat mee dit keer. We gaan eerst toeterend langs de winkel voor cola en chocolade. Als we op de boerderij zijn wordt er een kleed in de schaduw van de auto neergelegd en gaat mama op een inklapbare vakantiestoel zitten. De koffie, thee en koekjes staan op het kleed. Wij lopen rond over de boerderij. Er wordt op een nieuwe plek een omheining voor de kamelen gemaakt. Ze moeten regelmatig verplaatst worden vanwege ongedierte. Er worden kamelen gemolken. Eerst mag een jonkie even aan de spenen zuigen om het loslaten van de melk te stimuleren. Vervolgens wordt er met de hand gemolken. We krijgen anderhalve liter melk mee en zien de zon ondergaan achter de zandduinen. Wat een dag!
Vrijdag 1 december Al Yarya
Om half acht de volgende morgen staat de zwart geblindeerde Landcruiser ons op te wachten. De geitenboerderij staat op het programma. Ze hebben verschillende rassen geiten en schapen. De boerderij en de dieren worden goed verzorgd en zien er schoon uit. Mama is eigenaar en Maitha beveelt de mannen. Dan moeten we nog een tent naar de kamelenboerderij brengen. Maitha is binnenkort een paar dagen naar Abu Dhabi en Al Ain en dan kan mama in de tent op de boerderij verblijven. Maar we rijden de afslag naar de kamelenboerderij voorbij en trekken verder de woestijn in. Maitha rijdt ons helemaal tot aan de grens met Saoedi Arabië, diep in de Rub al Khali, een van de grootste en droogste woestijnen ter wereld. Een diep gekoesterde wens die in vervulling gaat. We hadden gehoopt iemand in Arabië tegen te komen die ons mee zou willen nemen of dat er misschien een excursie vanuit Riyadh mogelijk was, maar er geen rekening mee gehouden dat deze vijftigjarige gescheiden zelfstandige Emirati vrouw ons er in haar Landcruiser naar toe zou brengen. ‘Quick, quick, take a picture’. We maken stiekem wat foto’s van de grens en gaan via een korte route van de weg af door het rulle zand van de duinen naar de kamelenboerderij. De kamelen krijgen weer brood. Mama kijkt in haar vakantiestoel toe hoe haar tent wordt opgezet. Grote kunststof zakken van vijfentwintig liter worden gevuld met zand en fungeren als haringen. De scheerlijnen worden er aan vastgeknoopt. Als de tent staat, staat mama op, tijd om naar huis te gaan.
Wij lunchen nog een keer bij Maitha voordat ze naar Abu Dhabi en Al Ain moet. We beginnen met dadels en koffie. In een koperen houder ligt een gloeiend hete steen. Op die steen wordt een stokje gelegd, een soort wierook, wat gaat gloeien en roken en wat een heerlijke geur verspreid. ‘Dit houd je onder je hoofddoek en dan gaat je haar lekker ruiken’ zegt mama. Mama smeert met een soort deo roller een naar citroen ruikende parfum op de buitenkant van onze rechter hand. Bij elke hap die we eten en slok die we drinken is de geur van citroen aanwezig en onderdeel van het proeven. Heel bijzonder. Na de lunch komt Maitha bij ons zitten in de grote ruimte waar we thee drinken. Drie airco’s, vier wasbakken en twintig meter bank, ‘en het is bij grote feesten niet voldoende’ zegt Maitha. We nemen afscheid.
Vrijdag 8 december Al Yarya
We hebben nu meer dan een week gewacht op Ali. We hebben Ali geappt en gevraagd naar zijn plannen, maar geen reactie gekregen. We besluiten om onze spullen in te pakken en morgen verder te gaan met onze tocht. Maar tot onze verbazing verschijnen Ali en zijn vrouw Noura om zes uur ‘s avonds. ‘Aaah, jullie zijn er nog’ zegt Ali, ‘Noura zei al, die zijn er niet meer, ik ben blij jullie te zien, welkom, welkom’. Met de komst van Ali is er gelijk reuring. De V8 Landcruiser is tot de nok aan toe gevuld met dozen met nieuwe spullen en boodschappen. Drie Pakistani helpen met uitpakken. Ook de Lexus van Ali verschijnt. ‘Kom, we gaan eten’ zegt Ali tegen Jo en stapt in de Landcruiser. ‘Wendy en Noura gaan bij de vrouwen eten’. We moeten even schakelen maar laten het maar gebeuren. 200 Meter verderop komen we (in de auto) bij een tent waar we eerder met de honden langsgelopen zijn. Drie zijden gesloten, één open zijde. Er liggen kussens op de grond en er brandt vuur in een metalen rechthoekige bak met zand. Er zit een aantal mannen en jongens op de kussens. We geven de mannen een hand. Ali geeft sommige mannen een kus waarbij de slapen tegen elkaar gedrukt worden. De jonge jongens geven we een hand waarbij de neuzen tegen elkaar gedrukt worden. Dadels met kardemomkoffie worden gedeeld. De jonge jongens zijn wat opgewonden en giechelen vanwege de aanwezigheid van Jo. Pakistaanse bediendes brengen schalen met eten. We gaan rond de schalen zitten eten. Er wordt een lepel voor Jo neergelegd. We hebben de afgelopen week met Nadar met onze handen gegeten, dat was een fijne oefening, daarom voelt het nu een beetje vertrouwd om met handen te eten, maar toch ook wel als een soort ‘examen onder het toeziend oog van Emirati’. Als we naar huis lopen zegt Ali dat hij morgenvroeg half zes gaat bidden en om zes uur weer in de tent is. Om zeven uur is er ontbijt.
Wen; We zeggen net tegen elkaar dat het mooi geweest is. Zoveel avonturen beleefd; morgen gaan we verder. Maar dan komen toch Ali en Noura aan. Ali is heel blij verrast dat we er nog zijn. Noura keek naar ons een had niet in de gaten wie daar op de campingstoeltjes in de hoek van de tuin zaten. Ali zegt meteen : "they are my friends" waarna er een grote glimlach op Noura's gezicht verschijnt. Ze pakken de volgeladen auto uit en Ali neemt Jo mee naar de mannentent en ik ga met Noura mee naar de vrouwen. Het is ongeveer 19.00 uur als we aan de overkant van de straat bij Watha aankomen. Een vrouw van ergens in de 60, schat ik. We nemen buiten op een kleed plaats. In het midden staat een lage tafel met thee en dadels. Niet veel later zet Watha een grote schaal met fruit neer. Later op de avond schuift er een oudere dame met burqa aan in de tent die opgetuigd is met banken, zitkussens en verlichting. Naast de tent staat een kleinere tent waar een tafel met 8 stoelen staan. Dit is de tent waar gegeten wordt.
De dames praten over vanalles in het Arabisch. Af en toe vertaalt Noura iets, maar ik geniet van de thee en het luisteren naar een taal die ik niet spreek. Er komt nog een jongere vrouw binnen. Ze is zichtbaar zwanger. Spreekt een beetje Engels. Ik begrijp uit de context dat Noura aan de anderen vertelt dat Jo en ik fietsen. De vrouwen kijken me verbaasd en vol moed aan als ze horen welke landen we nog meer zullen befietsen in het Middenoosten. Tegen 22.00 uur gaan Noura en ik weer naar huis. Het belooft een paar gescheiden momenten van Jo, want mannen en vrouwen eten niet samen.
Zaterdag 9 december Al Yarya
Jo; Om zeven uur ga ik naar de tent. Het vuur brandt. Ik geef de twee mannen die er gisteravond niet waren een hand. Bij ons stel je je voor en zeg je hoe je heet. Hier vraag je hoe het met de ander gaat. Ik weet dus niet hoe de mannen heten. Na de dadels en kardemomkoffie wordt het ontbijt gebracht door de Pakistani. Vóór het eten worden de handen gewassen. Het ontbijt bestaat uit bonen in een soort tomatensaus, mie met suiker, en heel dun brood, het lijken wel crêpes. Er wordt honing over zachte geitenkaas gegoten. Met de crêpes tussen duim en twee vingers, pak je de bonen of de kaas. Van de mie maak je een balletje in de palm van je hand en duw je het met je duim in je mond. Na het eten worden de handen ook weer gewassen. Het is toch wel bijzonder. Ze hebben allemaal een groot stenen huis, maar het samenzijn en het eten doen ze nog ouderwets in een tent met vuur. Ik moet zeggen dat dat ook veel sfeervoller is dan de stenen huizen met tegelvloer.
Wen; Ik loop om half 8 met Noura naar Watha, voor het ontbijt. Maar eerst Arabische koffie met een dadel en een kop thee. We ontbijten met z'n 3-en. Na de thee gaan we naar de tent met de tafel en stoelen. Door de Indonesische hulp Gigi wordt het ontbijt op tafel gezet. Rigag, een soort flinterdunne crêpe, zoete vermicelli en een bord scrambled eggs met tomaten en gebakken champignons. Je scheurt een stuk rigag af en pakt als een soort lepel een stuk van het eiergerecht op. Ik krijg een lepel, maar eet net als Noura en Watha met de handen. Ik heb net 3 happen op als Noura zegt, beetje opschieten want je man staat zo met Ali in de auto te wachten. Hij gaat met jullie op pad. Ik eet nog een paar happen en wil stoppen, maar Noura gebaart me naar de grotere tent, want ik moet nog thee drinken. Dat is blijkbaar onlosmakelijk verbonden met het ontbijt, of na het eten. Ik drink een slok en dan staat de auto er al. Noura zegt : "take your tea". Het klinkt allemaal gebiedend, maar doordat ze zo vriendelijk zijn, is dit klaarblijkelijk hun manier van communiceren in het Engels. Ik spring in de auto en hoor van Jo dat we naar het Qasr al Sarab desert hotel gaan voor koffie.
Jo; Het is een zevensterren resort wat door de regering neergezet is als een soort statement, een bijzondere plek om naar toe te gaan. Het heeft 1000 kamers en rijke lui uit Dubai en Abu Dhabi rijden elk weekend op en neer om hier te verblijven. De regels zijn sinds drie weken aangepast, om koffie te drinken moet je een kamer hebben. Maar Ali is een slimme rakker, een werknemer van Ali heeft een klus te klaren met een graafmachine op het resort. De werknemer gaat met ons mee en onder het mom dat Ali de chauffeur van de werknemer is komen we het resort in. De werknemer moet zich bij de poort met slagboom en beveiliging identificeren met zijn pas. We mogen door en zetten de man af bij zijn graafmachine. Wij kunnen wat rondlopen terwijl Ali dingen regelt. Het is vanmorgen enorm mistig, we kunnen nog geen 10 meter zien. Maar gaandeweg de ochtend klaart de lucht en zien we op wat voor bijzondere plek we zijn, midden tussen de zandduinen met een resort wat uit de woestijn lijkt te rijzen. Na de koffie lopen we door een ruimte met gebruiksvoorwerpen van vroeger. We laten de werknemer bij zijn graafmachine en buiten het resort stuurt Ali de V8 de duinen in, op zoek naar gazelles. We hebben respect voor de manier waarop hij de auto beheerst. Steile duinen omhoog en scheef naar beneden. Soms denken we dit kan niet! Ali zoekt bij de randen van de dadelplantages, maar we spotten geen gazelles. We geven het op en rijden naar Ali’s werk, de plek waar een waterbron geboord wordt. De boormachine staat echter stil. Bij het boren wordt water gebruikt maar er blijkt geen water te zijn. Dus gaat Ali bellen en regelt uiteindelijk dat er ergens een kraan opengezet wordt. We gaan terug voor de lunch in de tent. En na de lunch is het tijd om anderhalf uur te slapen, het heetste deel van de dag.
Wen; Na het bezoek aan dit bijzonder mooi en luxe hotel, word ik afgezet bij Watha voor de lunch. Noura is er al. De andere oudere mevrouw met de burqa is er nu ook weer. We zitten binnen, want daar is verkoeling van de airco. Het eten staat al klaar. Biryani met lam. Heerlijk mals gerecht. Ik krijg er een Libanese melk bij (zout, net als Ayran) en water. Er wordt voor mij opgeschept. Veel te veel, maar je eet hier niet je bord leeg, want dat betekent dat je niet genoeg hebt gehad en dus nog meer krijgt. De grote tv staat aan en het middaggebed in Mekka is te zien. Na de lunch is er thee. Ondertussen geeft de andere dame mij een burqa kado en haalt Watha oogpotlood die ze bij mij opdoet. De vrouwen genieten van mijn verschijning. Daarna lopen Noura en ik weer naar huis voor de middag pauze. Die wordt benut om anderhalf uur te slapen. Jo en ik raken aan dit ritme gewend. Het is op het heetst van de dag, een moment dat bijna niemand op straat is.
Om half 5 vertrekken Ali, Jo en ik naar Moreeb Dune.
Jo; Om 16.30 uur neemt Ali ons mee naar het Liwa Festival. ‘De gewone weg is druk’ zegt Ali en neemt een korte route door de duinen. Wat een feest, onze privé duinsafari! Voordat we de duinen ingaan laten we een heleboel lucht uit de banden lopen. Daar waar we elkaar aankeken toen Maitha met 80 km/u over het zand stoof, scheurt Ali bijna 2 maal zo snel. We zien tijdens de rit de zon onder gaan. Ineens zien we een valk over ons heen vliegen, achter een duif aan. Ali drukt het gaspedaal nog verder in en we zien net hoe de valk de duif pakt. We stappen uit. Ali geeft zijn zakmes aan de eigenaar van de valk. De kop van de duif wordt afgesneden om het beest uit zijn lijden te verlossen. Je kunt zien dat het een inspanning voor de valk was. Hij zit te hijgen bovenop de duif met zijn vleugels een beetje opgetrokken. Hij begint hem kaal te plukken. Wij gaan door. Op het festival is het een drukte van belang. De parkeerplaatsen vol, alle eettentjes druk, auto’s die de duin op bulderen. Ali zet ons af op een plek vlak naast de hoge duin en gaat weg om te bidden. Hij geeft een telefoon aan Jo, voor het geval er iets is. We zitten in het zand en genieten van het schouwspel, maar worden ook op de foto gezet en gefilmd door nieuwsgierige Emirati. Ali komt terug. Een pickup met twee jonge jongens staat vast in het zand. Ali bedenkt zich niet en stuurt er naar toe. Met een dikke sleepkabel worden de jongens vlotgetrokken. Ali heeft contact gehad met zijn broer en afgesproken bij Liwa City, een tijdelijke met houten platen omheinde plek in de woestijn met muziek, winkels, barretjes, restaurants, kermisattracties, houten vlonders als looppaden en grind in plaats van zand. Het is heel clean. Prachtig verlicht. Je vergeet dat je in de woestijn bent. We treffen zijn broer bij de ingang en slenteren door Liwa City. Hij heeft in de toeristische sector gewerkt en is nu betrokken bij het bouwen van hotels. Hij spreekt goed Engels. We drinken koffie met zoete koek, speculaas-marsepeinachtig krokant van buiten, zacht van binnen. En warme zachte chocoladekoek met koud vanille-ijs. Een heerlijke combinatie. Bijzonder hoe we alle vier met een plastic lepel uit dezelfde schaal met koek en ijs eten ipv elk een eigen bordje. ‘Kom naar Al Ain en ontmoet mijn ouders’ zegt de broer van Ali bij het afscheid.
‘Terug over het asfalt of door de duinen?’ vraagt Ali. Nou dat is voor ons geen vraag. Het is weer een prachtige tocht met de V8 door de zandduinen. Weer op het asfalt zegt Ali ‘we gaan een vriend gedag zeggen, 10 minuten’. We gaan een stukje van de asfaltweg af. Wen blijft in de auto en gaat een Polarsteps maken. Er zitten 7 man in het donker om een kampvuur. Er zit een valk op een stok naast de mannen en eentje in een volière. De mannen gaan staan en wij schudden handen. Na de koffie pakt Mohammed, een oudere man (53), me bij de hand. Hand in hand lopen we van het kampvuur naar de eetzaal. Met een donkere, warme en zorgzame stem vraagt hij ‘wat brengt jou in de woestijn?’ Ik voel zoveel warmte. Hij had vroeger een kantoorbaan in de landbouw. En ging elke dag naar kantoor, zat achter zijn computer en ging weer naar huis. Tot op een moment dat hij zich afvroeg, waar ben ik mee bezig, ben ik wel gelukkig, hoe lang ga ik dit nog doen. Hij heeft voor een carrièreswitch gekozen, heeft een baan in het veld, bezoekt nu 10-15 boeren op een dag om administratie bij te werken. Hij is gelukkig in zijn werk en voordat hij het weet is de dag voorbij. Hij gebiedt mij te gaan zitten bij de grote schaal met rijst. De andere mannen gaan ook zitten, met hun rechterknie omhoog, ik met mijn linker. Ik verander mijn houding en ga ook met mijn rechterknie omhoog zitten. ‘Maak het je comfortabel’, zegt Mohammed, ‘het is traditie om met de rechterknie omhoog te zitten, zodat er zoveel mogelijk mannen om het eten kunnen zitten, maar ga zitten zoals je wilt, het is goed’. Ik merk dat je op deze manier ook minder snel op je djellaba morst. Er ligt een geit op de rijst, staartje nog omhoog. De geit is alleen met zout en kruiden bereid. De bouillon die daarbij overgebleven is wordt over de witte rijst gelepeld. Heerlijk puur eten. De 10 minuten van Ali zijn een uur en 10 minuten geworden maar de Polarsteps is in ieder geval geplaatst!
Wen; Het is al laat als we in Al Yarya aankomen. Ali zet mij af bij Watha. De zwangere jongedame is er ook weer. Noura zegt dat ik kan eten en eet alleen in de tent met de stoelen. De dames hebben het al op. Ik hoef niet heel veel meer. Eten krijg je hier genoeg. Na het eten ga ik bij de dames in de tent zitten. Watha schenkt thee voor mij in. Daarna pakt ze haar telefoon en draait Arabische muziek af. Ze staat op, pakt me bij de hand en leert hoe ik met één hand in de lucht hun dans uit kan voeren. Samen staan we te dansen, terwijl Noura en de zwangere dame glimlachend toekijken. Daarna plof ik vermoeid op het grondkussen neer. Het is half 11 en Watha is binnen als ik tegen Noura zeg dat ik ga slapen. Noura blijft nog even en vraagt of ik weet welke deur ik moet hebben via de achterom. Dat weet ik. Ik wil eerst Watha nog even bedanken en gedag zeggen en loop naar binnen en roep haar naam. Een paar tellen later komt ze aangelopen met een doosje die ze me aangeeft. Voor jou, gebaart ze. Ik open het doosje en er zitten een heel sierlijk lange gouden ketting in met bijpassende oorbellen. Ongelooflijk, ik weet niet wat ik moet zeggen dus geef haar een knuffel. Shukran Shukran, thank you. Ze doet de ketting bij me om en we lopen naar Noura om het te laten zien. Die vindt het prachtig.
Zondag 10 december Al Ain
Wen; Noura en ik ontbijten bij Watha, die direct na het ontbijt vertrekt naar haar huis in Al Ain. Wij gaan terug en maken ons klaar voor het vertrek in de middag naar Al Ain, waar we zijn uitgenodigd voor een paar dagen. Heel de familie Almansoori woont hier en wij gaan ze ontmoeten…
Reactie plaatsen
Reacties
Prachtige foto's en mooie verhalen. De beste wensen voor 2024 en heel veel fietsplezier!!!
Dag Wendy en Johan,
Allereerst de allerbeste wensen voor het nieuwe jaar, met vele mooie hoogtepunten en dat we allemaal bespaart blijven van nog meer narigheid, waar je hiervoor mee te maken kreeg.
Dubai, daar moet je architecten hart toch wel een sprongetje van maken, bij het zien van al dat moois, ik vond het geweldig toen ik er was.
Goede reis verder en we horen graag weer.
M.v.g.
Jan en Rijni Kroeze
Hallo Johan en Wendy,
Alle goeds en gezondheid voor jullie op jullie prachtige wereldreis!
Elke keer geniet ik van jullie verhalen , foto’s en films.